De top 7 BI
Business Intelligence en data spelen een steeds belangrijkere rol in ons leven, en ook organisaties ondervinden dit aan den lijve. Het slim gebruikmaken van data onderscheidt de winnaars van de verliezers. Onze trends voor 2019 staan dan ook vooralsnog in het teken van (het gebruik van) data. Maar bovenal: het verantwoordelijk gebruik van data.
1. Datacratisch werken wordt de norm
Datacratisch werken brengt de passie en het plezier weer terug op de werkvloer. Verbind data met continu verbeteren en PDCA (Plan-Do-Check-Act) en je organisatie bloeit weer op. Een ware datacratie is het einddoel waar elke organisatie naar zou moeten streven. In dit scenario worden alle beslissingen onderbouwd door relevante data die verzameld, opgeslagen en geanalyseerd wordt. Mensen worden bevrijd van de rompslomp, van besluiteloosheid en de tirannie van managers en medewerkers die luidkeels hun mening verkondigen en op onderbuikgevoel sturen.
In een datacratie begrijpen alle werknemers hun rol in het proces en de strategie van de organisatie. Datacratie is de volgende stap in de evolutie van organisaties na agile werken. Veel bedrijven hebben echter nog een lange weg te gaan voordat zij een datacratische cultuur zullen kunnen omarmen. Structuur, processen en gedrag zullen allemaal moeten veranderen. En het begint bij de mensen.
2. Datageletterdheid is een onmisbare kerncompetentie
Voordat datacratisch werken de overhand kan nemen, zullen de meeste mensen eerst nog een hoop moeten leren op het gebied van data. Gartner spreekt van een “extreme achterstand” en beweert dat de 80% van organisaties tegen 2020 programma’s zullen hebben opgezet om datageletterdheid in hun gelederen te bevorderen. Deze achterstand belemmert de digitale vooruitgang van menige organisatie, volgens onderzoekers van Ictivity. Volgens hen ergert een kwart van de managers zich aan “gebrek aan digivaardigheid” en vindt een derde dat de kwaliteit van het werk lijdt onder dat gebrek.
Echter, er is natuurlijk altijd een gevaar dat mensen zichzelf overschatten en anderen onderschatten als je het ze op de man af vraagt. Er is sprake van het fameuze “Dunning-Kruger effect”. Zo vindt slechts 8% van de managers van zichzelf dat ze onvoldoende digivaardig zijn. Feit blijft echter dat er gemiddeld gezien nog een hoop werk aan de winkel is op het gebied van datageletterdheid. Een groot deel van managers zegt ook weinig zicht te hebben op de datageletterdheid van collega’s. Maar ook hier komt vooruitgang in. Datageletterdheid kun je steeds nauwkeuriger meten, en daardoor kun je het ook als KPI inzetten. De groei in datageletterdheid zal voor elke organisatie een uitdaging worden.
3. Predictive analytics wordt mainstream
De predictive analytics markt zal naar verwachting in 2022 12,41 miljard dollar waard zijn – 272% meer dan in 2017, met een samengestelde jaarlijkse groei van 22,1%. De opkomst van AI en machine learning zorgt voor grote groei in de predictive analytics markt. Het merendeel van deze groei komt vanuit Pacific Azië, waar de rappe economische groei zich door zal zetten.
Organisaties ontwikkelen voorspellende diagnostische modellen door apparatuur met sensoren uit te rusten. Deze sensoren kunnen potentiële problemen signaleren en opsporen en vroegtijdig actie ondernemen om zo duurder onderhoud te voorkomen.
4. AI maakt analytics menselijker
De opkomst van algoritmes, machine learning en AI maakt veel mensen (niet geheel onterecht) enigszins nerveus. Verliezen we onze banen aan de machines? Worden we straks geregeerd door kille algoritmes? Niets is minder waar. AI wordt nog altijd geprogrammeerd door mensen. En volgens Gartner zal AI in 2019 zorgen voor een netto groei in banen. Zo worden 2,3 miljoen nieuwe banen gecreëerd tegenover de 1,8 miljoen banen die overbodig zullen worden.
Er is nog een enorme kloof tussen de hoeveelheid data die gegenereerd wordt en de capaciteit van mensen om die data te verwerken en acties te ondernemen gebaseerd op de data. En dat is nu juist waar mensen goed in zijn: complexe problemen in context te analyseren door middel van intuïtie en empathisch vermogen.
5. “Data for good” zit in de lift
BI kan niet alleen maar gebruikt worden voor winst- en procesverbetering. Bedrijven steken steeds meer tijd en energie in Corporate Social Responsibility-programma’s, oftewel projecten ter verbetering van de wereld. Zo heeft Ikea bijvoorbeeld een solar farm gebouwd voor 20.000 Syrische vluchtelingen in Jordanië.
Dit soort projecten vloeit uiteraard niet altijd voort uit puur altruïsme. Uit onderzoek blijkt dat millennials liever werken voor bedrijven die ook hun steentje bijdragen aan een betere wereld, en zelfs genoegen zouden nemen met iets minder loon in ruil voor een plek in een bedrijf dat zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid serieus neemt. Zo zijn er ook de zogenoemde data commonwealths: platforms om resources te delen tussen verschillende organisaties om zo bijvoorbeeld bij te dragen aan kankeronderzoek. Data moet ten dienst staan van de mens, en grote bedrijven moeten verantwoording afleggen.
6. Slimme algoritmen zetten de privacydiscussie op scherp
De opkomst van algoritme-gedreven technologieën als big data, het Internet of Things en kunstmatige intelligentie levert nieuwe grondrechtelijke uitdagingen op, zo blijkt uit een onderzoek naar algoritmen en de invloed op onze grondrechten, uitgevoerd door onderzoekers van de Universiteit van Utrecht. Deze technologieën hebben bijvoorbeeld effect op de keuzes die we maken en daarmee op onze persoonlijke autonomie. Bovendien kunnen ingebouwde vooroordelen in algoritmes (‘biases’) leiden tot ongelijke behandeling. Slimme algoritmes hebben impact op onze vrijheidsrechten, gelijkheidsrechten, procedurele rechten en privacyrechten.
Zo kan ‘dataveillance’ (data+surveillance) een inbreuk opleveren op het recht op privacy. Deze inbreuken kunnen zich zowel voordoen in de privéomgeving als in publieke ruimtes, bijvoorbeeld in smart cities. De inzet van kunstmatige intelligentie, bijvoorbeeld in de vorm van robots, kan ook het recht op relationele privacy raken, bijvoorbeeld in de zorg. De gemiddelde Nederlander is in honderden databases opgenomen. Deze databases bevatten niet enkele de digitale voetafdruk van deze personen (de informatie die zij over zichzelf achterlaten), maar ook hun ‘dataschaduw’, die bestaat uit alle informatie die door anderen over hen wordt gegenereerd. Dit maakt privacybescherming tot een majeur issue.
7. Nieuwe technologie schreeuwt om nieuwe wet- en regelgeving
2018 was het jaar van de AVG, de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG), ook wel GDPR genoemd. 2019 wordt onder andere het jaar van de Europese ePrivacy-verordening. Deze verordening is bedoeld om de vertrouwelijkheid van digitale communicatie beter te beschermen en bevat onder meer regels voor het gebruik van e-mail, telemarketing, cookies en andere vormen van elektronische communicatie, zoals Skype en WhatsApp.
Ook in de vooruitstrevende staat Californië zijn politici en regelgevers wakker geschud. De ‘usual suspects’ als het gaat om wereldwijde privacyschendingen (denk aan Facebook en Google), kunnen naar analogie van de Europese GDPR de The California Consumer Privacy Act tegemoetzien. Naast ‘harde’ wet- en regelgeving laten de (internationale) standaardisatie- en normeringscommissies zich ook niet onbetuigd. Zij pleiten voor een nieuwe ISO-norm voor Artificial Intelligence (AI) en big data. Zo is de wereldwijde ISO-organisatie recentelijk gestart met een nieuw standaardisatietraject. Met als doel om lijn te brengen in het doorvoeren, toetsen en aantonen van onder andere betrouwbaarheid, robuustheid, ethiek en juridische vraagstukken rondom AI-toepassingen en big data.
In dit kader organiseert het NEN in Nederland in februari 2019 een kick-off voor de normering van AI en big data en het opzetten van een gemeenschappelijke taal. Zo zal standaardisatie zich uiteindelijk ontpoppen tot een probaat middel om te zorgen dat AI-toepassingen veilig en wenselijk zijn voor de mens, maatschappij en business.